Vrije Universiteit Brussel


Moerenhout T, Schol S, Devroey D. Zin en onzin van folders in de wachtzaal: wat vindt de patiënt? Domus Medica Wetenschapsdag 2009, Gent.

Eerste auteur: Moerenhout T

Jaar: 2008

Type: Congres

Abstract:

Probleemstelling/onderzoeksvraag

Uitleg en advies geven aan de patiënt vormt één van de belangrijkste en meest uitdagende onderdelen van een consultatie. Informatieve folders worden door huisartsen frequent gebruikt om de mondelinge informatie te ondersteunen. De folders blijken het meest effectief wanneer ze voldoen aan een aantal kwaliteitseisen, als aanvulling op de consultatie worden gebruikt, voorafgegaan door een korte inleiding, en individueel worden toegepast. Toch zijn er in veel wachtzalen eveneens informatieve folders te vinden.

Deze studie tracht te achterhalen of de folders in de wachtzaal door patiënten worden gelezen. Zo ja, welk effect hebben ze, en wordt deze methode geapprecieerd door patiënten? Zo neen, wat zijn de voornaamste redenen waarom de folders niet gelezen worden?
Methode

Dit onderzoek volgt het stramien van een medische audit. In tien praktijken uit Vlaams-Brabant worden telkens honderd vragenlijsten uitgedeeld aan patiënten. Deze vragenlijst gaat na of patiënten folders lezen of meenemen uit de wachtzaal, en legt hen tien stellingen voor die peilen naar hun mening aangaande informatieoverdracht. Wanneer patiënten aangeven nooit een folder te gebruiken, wordt hen gevraagd de voornaamste redenen hiervoor weer te geven. Daarnaast worden ook bepaalde praktijkkenmerken geregistreerd. De verzamelde gegevens worden verwerkt in SPSS 17.0.
Resultaten

Uit de tien deelnemende praktijken worden 903 vragenlijsten verzameld. De gemiddelde leeftijd is 49 jaar; 36,8% zijn mannen, 62% vrouwen. De onderzoekspopulatie (zowel wat betreft praktijken als patiënten) is goed vergelijkbaar met de gemiddelde populatie zoals geregistreerd door het RIZIV, de Gezondheidsenquête en de huisartsenpeilpraktijken. De folders in de wachtzaal worden vaak gelezen door patiënten: 37,8% leest regelmatig of vaak een folder. Folders worden minder frequent meegenomen: 7,7% doet dit regelmatig of vaak. Slechts 5,6% geeft aan nooit een folder te lezen of mee te nemen. Wanneer patiënten geen folders lezen, willen ze zich vooral ontspannen in de wachtzaal. Vrouwen gebruiken vaker folders dan mannen. Patiënten met een lager diploma hebben het meeste baat bij de folders. Uit de stellingen blijkt dat patiënten tevreden zijn over de uitstalling van folders in de wachtzaal (73,2%), dat ze de folders goed verstaanbaar vinden (78,8%) en makkelijker een poster lezen dan een folder (60%). Het lezen van folders heeft weinig invloed op de mate waarin patiënten vragen stellen aan hun huisarts.
Conclusies:

92% van de ondervraagde patiënten leest wel eens een folder in de wachtzaal, terwijl slechts 5,6% totaal geen interesse toont in de folders. Deze folders verdienen dus zeker meer aandacht naar de toekomst toe. Idealiter wordt er een richtlijn of aanbeveling ontwikkeld om (huis)artsen in staat te stellen de folders in de wachtzaal zo efficiënt mogelijk te gebruiken.

©2005 • Vakgroep Huisartsgeneeskunde • Vrije Universiteit Brussel • Laarbeeklaan 103 • 1090 Brussel-Jette
Tel.: +32 2 477.43.11 • Fax.: +32 2 477.43.01 • huisarts@vub.ac.be