Van Lathem E, Gorus E, Lambert G, Mets T.
Verband tussen gezondheid en cognitie bij thuiswonende ouderen: cross-sectionele en longitudinale analyse. Eerstelijnssymposium, 23 september 2006, Vrije universiteit Brussel.
Eerste auteur: Van Lathem Els
Jaar: 2006
Type: Congres
PDF
Abstract:
Situering/Inleiding:
Men beschrijft in de literatuur verbanden tussen bepaalde gezondheidsparameters en cognitie. Deze studie tracht bij te dragen tot een beter begrip in de rol van gezondheid bij de verandering, inter- en intra-individuele (d.i. dispersie en inconsistentie) variabiliteit van cognitieve functies en tot het identificeren van groepen ouderen met een hoger risico op verminderde cognitieve functie binnen een groep cognitief normaal functionerende ouderen.
Methode/Interventies:
De cognitieve prestaties van 264 cognitief gezonde, niet-demente, thuiswonende ouderen worden cross-sectioneel en longitudinaal geanalyseerd. Hiervoor worden gegevens gebruikt van een longitudinale studie over vier jaar uitgevoerd door de afdelingen Geriatrie (AZ-VUB) en Gerontologie (Faculteit Geneeskunde en Farmacie, VUB) in het kader van een onderzoek naar de vroegtijdige diagnostiek van dementie. De cognitieve functie van de deelnemers wordt geÎvalueerd aan de hand van een aantal neuropsychologische testen (Mini Mental State Examination, Alzheimerπs disease assesment Scale – cognitieve subschaal, Getallenverbindingstest-G, Trail Making Tests en Reactietijdentests). Ze leggen deze af bij het begin van de studie en worden opgevolgd na ÈÈn jaar en na twee jaar. We gaan enerzijds verbanden na tussen comorbiditeit (aantal aandoeningen, aantal belaste ziektedomeinen, geneesmiddelengebruik) en cognitieve prestaties; anderzijds wordt gekeken naar verschillen in prestaties tussen gezondheidsgroepen (aantasting van specifieke ziektedomeinen, gebruik van bepaalde geneesmiddelengroepen, alcohol- en tabaksgebruik).
Resultaten:
Cross-sectioneel onderzoek: Cognitief gezonde ouderen vertonen een belangrijke interindividuele variabiliteit in cognitie. Meer comorbiditeit, cardiovasculaire aantasting, diabetes mellitus en neuropsychiatrische aandoeningen (waaronder depressie) gaan gepaard met minder goede cognitieve prestaties en grotere dispersie t.o.v. afwezigheid van deze gezondheidskenmerken. Gebruikers van sederende of pijnstillende geneesmiddelen vertonen eveneens mindere prestaties. Occasioneel tot matig drankgebruik gaat samen met betere prestaties en met minder dispersie. Longitudinaal onderzoek: Er kunnen nauwelijks verbanden tussen gezondheid en cognitieve evolutie over twee jaar worden vastgesteld. Er kan wel een grote inter- en intra-individuele variabiliteit worden waargenomen in testscores op de MMSE en de ADAScog.
Besluit:
Cognitief gezonde, thuiswonende ouderen vertonen verschillen in cognitieve prestaties. Deze kunnen in verband gebracht worden met gezondheidsaspecten.